Mevrouw, een vijftiger, leeft haar leven geïsoleerd van de mensen. Elke dag op dezelfde tijd verlaat ze het huis en voert de katten in het park. Op een dag, op weg terug naar huis vanuit het park, raakte de auto van Bahadır de dame bijna. En zo leren ze elkaar kennen. Bahadır is een jonge man van 26 jaar en net met examen toegewezen aan de ambtenarij. Hij woont bij zijn gezin en voelt zich door die situatie erg ongemakkelijk. Hij heeft een psychisch probleem en krijgt een paniekaanval in mogelijke opwindingssituaties. De volgende dag wil Bahadır met zijn auto naar zijn werk, maar terwijl hij rijdt, botst hij tegen een auto. Hij raakt in paniek en vlucht weg. De door de Bahadır aangereden auto is van een gepensioneerde politieagent en de dame ziet het ongeval en gaat er achteraan. De situatie is dus behoorlijk ongemakkelijk voor hem. Hij is bang dat hij door haar een strafblad krijgt en probeert haar te overtuigen geen klacht neer te leggen, maar kan haar niet overtuigen.