Singapura Di-Langgar Todak
Religieus leider Tun Jana Khatib en zijn twee volgelingen komen vanuit Pasai naar Singapore om handel te drijven. Vanwege de rivaliteit tussen de Temenggong en de assistent van de koning wordt Tun Jana Khatib echter belasterd. Hij wordt ter dood veroordeeld en de assistent van de koning tot levenslange gevangenisstraf. Op een nacht worden verschillende vissers aangevallen en gedood door zwaardvissen. Aan de kust van Singapore wordt ook de koning aangevallen. De Temenggong beveelt dat dorpelingen worden gebruikt als menselijk schild tegen de aanval. De jonge zoon van de assistent van de koning, Hang Nadim, stelt voor om in plaats daarvan bananenboomstammen te gebruiken. Het werkt en in ruil daarvoor stemt de koning ermee in zijn vader vrij te laten. De sluwe Temenggong zet de koning echter op tegen Hang Nadim en zijn vader.