Winter van 1944, de laatste dagen van de oorlog. Toen de wegen en huizen ophielden te bestaan en de bodem van de kelders gevuld raakte met leven, toen fortuinen verloren gingen en landen in brand stonden, was haar gebruikte jas alleen nog belangrijk voor Mama, de garderobebediende van een plaatselijke dansschool. Haar zoon stal het om het voor twintig pengő te verkopen. Hij deed het omdat de liefde van Aranka Fussbaum geld kostte. Er is geen eer meer in zo’n vernietigde wereld. Toch gaan ze nog steeds op zoek naar die jas... (Elemér Ragályi won met deze film de Beste camera in Montreal, 1979, en in Boedapest, 1980.)